Platvoet (pes planus)
Een platvoet (pes planus) is een voet waarbij er geen holte aanwezig is in de voetboog. De voet staat als het ware ‘plat op de grond’. Hieraan heeft de voetstand zijn naam dan ook te danken. Een platvoet is een veelvoorkomende afwijking die vaak pijn en vermoeidheid in de voet en benen veroorzaakt. Een platvoet kan resulteren in klachten aan de knieën, heupen of rug.
Symptomen van een Platvoet
Een normale voetboog heeft een hoogte van ongeveer 1,3 centimeter aan de binnenzijde van de voet, wanneer de voet op de grond staat. Bij platvoeten (pes planus) is deze voetboog zodanig laag, dat de voetboog gedeeltelijk of geheel op de grond rust. Kinderen hebben bij de geboorte platvoeten. Dit is normaal. De platte voeten verhogen de stabiliteit bij het maken van de eerste stapjes. Rond het zesde levensjaar trekt de voetboog langzaam recht. In een normale situatie is de voetboog volledig ontwikkeld na twaalf jaar en rust de voetboog daarna niet meer op de grond. Het is mogelijk dat de voetstand niet verandert en dat de platvoet dus blijvend is. Daarbij kunnen verschillende pijnklachten en vermoeidheid ontstaan.
Oorzaken van een Platvoet
Er wordt altijd onderscheid gemaakt tussen een fysiologische of een pathologische platvoet. Een fysiologische platvoet is in de kinderleeftijd heel normaal. Wanneer een kind op de tenen gaat staan, komt de voetboog weer mooi tevoorschijn. Bij een pathologische platvoet blijft de voet plat en is er vaak stijfheid in zowel de achter- als middenvoet.
Bij een jonge volwassene kan de platvoet veroorzaakt worden door:
- Aangeboren/erfelijk
- Een vergroeiing tussen twee botten in de achtervoet (coalitie)
- Te korte achillespees
Bij een volwassen voet kan de platvoet veroorzaakt worden door:
- Reumatoïde artritis
- Neurologische aandoeningen (spasme of verlamming)
- Neuropathische inzakking (Charcot voet)
- Een niet goed functionerende pees aan de binnenkant van de voet PTTD (posterior tibial tendon dysfunction)
- Te korte achillespezen
- Beenlengteverschillen
- Hypermobiliteit (te soepele banden)
Behandeling van een Platvoet
Mensen met platvoeten hebben een vergroot risico op het ontwikkelen van blessures. Goede schoenen en extra ondersteuning van aangepaste steunzolen kunnen de kans op blessures verkleinen. De therapie hangt af van het type platvoet: soepel of stijf (niet-structureel of structureel). Een soepele platvoet is te beïnvloeden door de voetboog te ondersteunen met steunzolen en de juiste schoenen. Hiermee kan de functie van de spieren, banden en pezen gedeeltelijk worden ‘overgenomen’. Een stijve platvoet is niet bij te stellen, maar wel te ondersteunen. Hiermee zorgt de podoloog ervoor dat de voet niet verder doorzakt. Door het ondersteunen van de voetboog met behulp van aangepaste steunzolen kan de voet tijdens het staan en lopen beter belast worden. De ondersteuning kan de kans op blessures verminderen. Bij een forse afwijking kunnen orthopedische schoenen ook uitkomst bieden.